Nieuws
Dalende marktprijzen zorgen voor verdere stijging afvalstoffenheffing in 2021
Markttarieven dalen:meer grip op de tariefontwikkeling en structurele maatregelen noodzakelijk
Joost Reus, bestuursvoorzitter Avri: “Om grip op de tariefontwikkeling te krijgen, gaan we structurele maatregelen nemen. Denk aan een extra verwerkingsslag om meer toegevoegde waarde aan grondstofstromen toe te voegen, in plaats van rechtstreeks aanbieden bij een verwerker. Verder willen we inwoners blijven helpen om goed hun afval en grondstoffen te scheiden, zodat we minder vervuiling krijgen en de grondstoffen meer opleveren. Het is immers zuur voor inwoners die goed hun afval en grondstoffen scheiden, dat zij nu weer met een stijging van de afvalstoffenheffing worden geconfronteerd”.
Avri start daarom een strategische verkenning om grip op de tariefontwikkeling te krijgen. Hierbij kan gedacht worden aan het extra sorteren van ingezamelde grondstoffen, samenwerken met (regionale) partners en deelname of investeringen in verwerkingscapaciteit. Op deze manier kan Avri als brede maatschappelijke dienstverlener zich ook in de toekomst voor en met de regio blijven inzetten voor een schoon Rivierenland.
Lager tarief per 30 liter restafvalzak per huishouden, hoger basistarief
De meerderheid van de inwoners van Rivierenland doet het afval- en grondstoffen scheiden erg goed. De hoeveelheid restafval is de afgelopen jaren dan ook fors gereduceerd: van 126 kg per jaar per inwoner in 2018 naar 77 kg eind 2019. En gemiddeld voor heel 2019 100 kg per inwoner. Hierdoor lopen de Avri-gemeenten voor op de landelijke ontwikkeling en willen zij zich nu vooral gaan richten op het behoud van de kwaliteit van de ingezamelde grondstoffen. Om het afvaltoerisme en de vervuiling van grondstoffen te verminderen, wordt het tarief voor het aanbieden van elke 30 liter restafvalzak verlaagd van €1,20 naar € 1.Er is gebleken dat de combinatie van de financiële prikkel (diftar) en de service prikkel (restafval wegbrengen) samen net te sterk zijn waardoor afvaltoerisme (nul-aanbiedingen) en vervuiling van grondstoffen uiteindelijk financieel slecht uitpakken (en daarmee de afvalstoffenheffing onnodig opdrijven).
Financiële gezondheid moet worden hersteld
Sinds 2010 zijn de tarieven voor de afvalstoffenheffing gedaald. En lange tijd lag het tarief van Avri ver onder het landelijk gemiddelde tarief.
De Avri-gemeenten hebben hiervoor de financiële reserves van Avri ingezet. Deze reserves zijn in 2019 uitgeput geraakt. Avri heeft voor de toekomst onvoldoende financiële armslag om de continuïteit in dienstverlening en prijsstabiliteit te waarborgen ook in tijden van veranderende marktomstandigheden en actuele marktrisico’s. Meerdere gemeenten hebben al bij de behandeling van de kadernota 2021 aangegeven de financiële gezondheid van Avri te willen verbeteren om de financiële risico’s te dekken. Hiermee wordt ook voorkomen dat de weerstandscapaciteit van de gemeentelijke begrotingen moet worden ingezet wanneer financiële risico’s bij Avri zich daadwerkelijk voordoen.
Gemeenteraden geven nu al mening over de begroting, eind 2020 definitief besluit over tarieven afvalstoffenheffing 2021
Het Algemeen Bestuur van Avri stelt de begroting in juli 2020 vast en neemt in december 2020 namens de gemeenten een definitief besluit over de tarieven afvalstoffenheffing voor 2021. De gemeenteraden worden nu al gevraagd om hierover hun mening te geven zodat een evenwichtig besluit genomen kan worden. Voor de verdeling tussen een basistarief (voor ieder huishouden gelijk) en variabel tarief zijn verschillende scenario’s in de begroting opgenomen. De Avri-gemeenten wordt gevraagd hier een reactie op te geven.